Fellows

Kan betaling worden gevorderd van de overnameprijs van aandelen nadat de vennootschap failliet is verklaard?

In de overnamepraktijk gebeurt het soms dat de vennootschap korte tijd na de overeenkomst tot overdracht van aandelen, failliet wordt verklaard. Veelal zijn de aandelen dan niets meer waard. Kan de koper dan afzien van de koop of kan de verkoper toch de betaling van de koopprijs vorderen? Het antwoord op die vraag hangt in grote mate af van de precieze modaliteiten en voorwaarden die zijn opgenomen in het overnamecontract. Maar daarnaast gelden ook een aantal fundamentele principes en wettelijke regels.

In een recente case stonden wij met succes een koper bij die met deze situatie werd geconfronteerd.

Wij belichten hierbij alvast kort de gemeenrechtelijke krijtlijnen. Het algemeen uitgangspunt is dat bij een overnameovereenkomst de aandelen in de vennootschap worden overgedragen. Juridisch is dit te onderscheiden van de overdracht van de activa (en passiva) van de vennootschap. De meerderheidsvisie is dan ook dat een faillissement van de vennootschap in principe geen impact heeft op de gesloten overeenkomst tot overdracht van aandelen. Er bestaan evenwel mogelijkheden om dit proactief te ondervangen met specifieke bepalingen in het overnamecontract.

Belangrijk is ook dat de situatie anders is indien de eigendom van de aandelen nog niet was overgedragen op datum van het faillissement. Dit is onder meer het geval bij een uitgestelde eigendomsoverdracht, tot zekerheid van de vendor loan. Klassiek werd voorgehouden dat ook in dat geval de overeenkomst onverminderd doorgang vindt. Thans is de oplossing evenwel meer genuanceerd. De overdracht van aandelen dient juridisch in principe gekwalificeerd te worden als een overdracht van (i) economische rechten en (ii) lidmaatschapsrechten.

De lidmaatschapsrechten verbonden aan aandelen omvatten onder meer het stemrecht op de algemene vergadering van aandeelhouders. Dit stemrecht laat onder voorwaarden ook toe om te beslissen over het bestuur van de vennootschap, door benoeming of ontslag van bestuurders. Indien de vennootschap evenwel failliet wordt verklaard, wordt het bestuur van de vennootschap exclusief uitgeoefend door de curator, aangesteld door de rechtbank. De Ondernemingsrechtbank is in bovenvermelde case onze stelling gevolgd en heeft geoordeeld dat de verkoper geen betaling meer kon vorderen aangezien de verkoper gelet op het faillissement zelf zijn verbintenis niet nakomt om de lidmaatschapsrechten over te dragen.

Ook de beoordeling of de economische rechten correct worden overgedragen door de verkoper, hangt sterk af van de feitelijke constellatie. De economische rechten zouden kunnen worden omschreven als een combinatie van het vermogen van de vennootschap op datum van overdracht en de verwachte resultaten/winst voor de toekomst. Bij een faillissement zijn beide in veel gevallen tot nul herleid. Hier blijft evenwel de bestaande discussie over het onderscheid tussen de vennootschap zelf en de aandelen, het eigenlijke voorwerp van de overeenkomst.

Daarnaast en daarenboven zijn uiteraard ook alle andere rechtsmiddelen van toepassing, zowel contractueel als buitencontractueel. Met de invoering van het nieuwe aansprakelijkheidsrecht (Boek 5 B.W.), kunnen deze meer dan voorheen ook worden gecombineerd.

Tot slot blijft elk recht onderworpen aan de toets van het rechtsmisbruik. Dit geldt evenzeer voor het recht om betaling te vorderen na faillissement van de vennootschap. De beoordeling daarvan is sterk casuïstisch.